woensdag 17 december 2008

De dagelijkse Duitse taal van anno nu geboekstaafd

Trendy woorden
Op de dag voorafgaande aan Het Groot Dictee der Nederlandse Taal — nee, ik ga er niet naar kijken omdat het dodelijk vermoeiend praten, want overvol met foute ritmen en een totaal gebrek aan melodie, van Philip Freriks de best denkbare antireclame vormt voor dit gebeuren — werd in het NOS Journaal bekendgemaakt welk Nederlands begrip de status van meest trendy woord van 2008 heeft gekregen. Het werd swaffelen — een bijzondere manier van leuteren. [1]
Op dezelfde dag bracht de postbode mij een aantal nieuw verschenen boeken van een Duitse uitgever, waartussen zich ook het boek Die Sprachnudel — Das Wörterbuch der Jetztsprache dat deze maand is uitgekomen, en waarin — althans in de meeste gevallen — op een heel trefzekere manier, die tegelijkertijd onderhoudend (en humoristisch) is, tal van vragen omtrent de taal van alledag wordt verklaard.

Internettaal
De omslagtekst meldt dat de Generatie Google zich hier niet alleen als taalkenners presenteert, doch evenzeer als fantasierijke scheppers van nieuwe woorden. Maar in dat kader van elatief nieuwe woorden komen ook oudere begrippen weer boven tafel, die in vergetelheid geraakt waren, maar een nieuwe plaats binnen de taal van nu hebben weten te veroveren, en dat geldt ook voor bepaalde woorden uit — in dit geval Duitstalige — dialecten, alsmede voor begrippen die in de wereldwijde internetgemeenschap aan de orde van de dag zijn.
En als we het hier toch over gemeenschap hebben, kunnen we u nog daarover informeren dat er relatief veel woorden zijn die betrekking hebben op de fysieke cohabitatie tussen twee wezens van hetzelfde dan wel van het tegenovergestelde geslacht. Dat zal geen verbazing wekken bij diegenen, die zich meer dan oppervlakkig met tal van woorden in het Nederlands en zijn dialecten heeft beziggehouden. Dat derhalve ook diverse geheel nieuwe kwalificaties van de verschillende geslachtsdelen op zich een heel scala aan woorden opleveren, en de — min of meer, en somtijds helemaal niet, cryptische — benamingen voor urineren dan wel defeceren — de daad zelf in de vorm van een werkwoord dan wel als zelfstandig naamwoord.


Slordigheid — Schlamperei
Bij alle waardering voor de veelzijdigheid en de positieve functie die deze Sprachnudel heeft als supplement bij omvangrijkere dictionaires — welke veel minder snel kunnen worden aangevuld —, is hier echter tevens een woord van kritiek op zijn plaats. In het lemma op pagina 55 — Dutch — wordt ons land met Holland aangeduid, een benaming die sedert twee eeuwen volstrekt onjuist is en dat de auteurs dienen te weten, en anders het lectoraat dat dit boek heeft begeleid. Het is een slordigheid in de definitie, die met Die Niederlande had moeten beginnen — een feit dat begin jaren negentig uit en te na bekend was bij de lectoren van Huize Droemer/Knaur.
Holland dat tot 1840 één provincie was — maar daarna is opgesplitst in twee provincies: Noord-Holland en Zuid-Holland, en ten dele werd gewijzigd —, is een regio zonder enige gouvernementele institutie, en daarom zelfs niet vergelijkbaar met een Duitse deelstaat.
Degenen die nu hun schouders ophalen over deze (deel)kritiek, geef ik te overwegen hoe zij zelf zouden reageren als ik op mijn beurt de Bundesrepublik Deutschland als Schwarzwald zou kwalificeren. Dan plotseling verschuilt niemand zich meer achter het Latijnse begrip pars pro toto. Dat geldt immers nooit voor het eigen land, doch alleen voor het kleine(re) buurland. Dat is echter, helaas, een vorm van
— Achtung! Hier kommt ein neues Wort für die Sprachnudel —
Hochmutszertrümmerung. De Nederlandse versie daarvan, Hoogmoedsverplettering, gebruik ik al bijna een halve eeuw.
Verder staat in hetzelfde lemma de onjuiste verklaring van het woord Dutch, dat een adjectief is — Nederlands — en zeker geen zelfstandig naamwoord. Da liegt der Hund begraben!
Het valt te wensen dat deze Schlamperei in een eventueel volgende druk, die hopelijk snel nodig zal zijn, wordt weggewerkt. Voor de rest is het een aanbevelenswaardig boek waaruit men veel (oud) nieuws kan leren, aangezien het im Großen und Ganzen humoristisch is geschreven.
__________
[1] Leuteren in de zin van een handeling met die leuter verrichten. Het aanraken van een voorwerp door middel van slingeren met het mannelijk lid, teneinde hierin bevrediging te vinden.
____________
Die SprachnudelDas Wörterbuch der Jetztsprache
Herausgegeben von Naden Badazlgogtapeh und Silvan Maaß
240 pagina's, paperback, Originalausgabe
Knaur Taschenbuch Verlag, München, December 2008
ISBN 978-3-426-78128-9; Prijs € 8,95 in de Bondsrepubliek
en in Nederland bij Boekhandel Die Weisse Rose, Amsterdam